NKIR: welk type roeier ben jij?

Morgen (zaterdag 9 december) vindt het Aegon NK Indoorroeien (NKIR) weer plaats in de Sporthallen Zuid. Menig roeier gaat de strijd met zichzelf en de ergometer aan om de twee kilometer zo snel mogelijk te voltooien. Jong, oud, ervaren, onervaren, man, vrouw, noem het maar op. Elk met hun eigen raceplan om tot een toptijd te komen. Elk jaar zijn er 6 typologieën te onderscheiden. Herken jij jezelf of een ploeggenoot hierin?

1. De krachtpatser
De krachtpatser kijkt ieder jaar reikhalzend uit naar de NKIR, want dat is het moment waarop hij zich echt kan onderscheiden. In de zomermaanden begint de krachtpatser al met de voorbereiding op deze wedstrijd door ieder weekend boomstammen te werpen, autobanden te tillen en hooibalen te versjouwen. Met spieren als staalkabels en de benen van een paard is de krachtpatser een serieuze kanshebber op de eindoverwinning. Zodra hij een stap doet in de arena van de Sporthallen Zuid trilt het hele gebouw op haar grondvesten. De krachtpatser oogt immer zelfverzekerd en is vastbesloten om de ketting kapot te trekken. Met krachtige, constante halen en een relatief laag tempo is dit type in staat om op de NKIR een toptijd neer te zetten.

2. De technicus
De technicus wordt ook wel de ‘Dennis Bergkamp’ van het roeien genoemd. Dit type wordt gekenmerkt door een prachtige verfijnde techniek gecombineerd met souplesse en efficiëntie. Met mooie lange halen en een sterk ritme is de technicus in staat om de krachtpatser het vuur aan de schenen te leggen. Van afstand is echter niet aan de technicus af te zien dat er flinke wattages worden getrokken. Het oogt bijzonder gecontroleerd: iedere spier die zich aanspant draagt bij aan de snelheid en elke beweging die het lichaam maakt wordt bijna tot in perfectie uitgevoerd. Pas in de laatste paar honderd meter van de race kunnen er zich een paar zweetdruppels op het voorhoofd van de technicus vormen, maar dit gebeurt wel pas op het moment dat het tempo goed wordt meegenomen. Ook tijdens de eindsprint is de technicus niet op bijbewegingen te betrappen. De race-indeling van de technicus is dan ook bijzonder goed uitgestippeld en vaak zal hij zodoende nog in staat zijn om in het laatste kwart iets van zijn split af te trekken.

3. De optimist
De optimist stapt op de ochtend van de wedstrijd al met een grote glimlach uit bed. Ondanks de spanning die het starten van een wedstrijd met zich meebrengt, heeft de optimist een ogenschijnlijke zin om te laten zien waartoe hij in staat is. Dit gevoel wordt al helemaal versterkt zodra hij aankomt op de plek waar het moet gebeuren. Een uitzinnig publiek en opgezweept door de klanken van ‘Eye of the Tiger’ maakt dat de optimist als een vuurpijl uit de startblokken schiet. De streeftijd die in overleg met de coach is afgestemd lijkt ineens een lachertje want het eerste kwart van de race gaat hem wel heel makkelijk af. Waarom zou hij dan niet deze score de resterende 1500 meter kunnen vasthouden? Helaas is dit type net iets té optimistisch. Halverwege komt de optimist de man met de hamer tegen die hem weer met beide benen op de grond zet. Wat rest is een hele zware laatste kilometer die op karakter en zonder behoud van techniek wordt uitgevoerd. Dit resulteert dan ook in een uiteindelijke tijd die helaas ver bij zijn streeftijd vandaan ligt. Maar, de optimist zou de optimist niet zijn als hij deze ervaring niet positief zou benaderen. ‘’Ik heb hier wel weer van geleerd’’, is dan ook een gebruikelijke uitspraak van de optimist.

4. De loyalist
Eén van de karaktertrekken van de loyalist is dat hij graag op safe speelt. In het dagelijkse leven is de loyalist verstandig en neemt hij enkel weloverwogen beslissingen. Casino’s, goksites of de fruitautomaat in de plaatselijke snackbar zijn niet aan de loyalist besteed. Zekerheid is een term die hem niet onbekend is en dat vertaalt hij dan ook graag naar zijn sport. Een loyalist zal kiezen voor een behouden race-indeling. Waar alle concurrenten zeer explosief starten en het gemiddelde op de eerste paar halen al fors naar beneden trekken, zal de loyalist echt prat gaan op de ‘7 gratis halen’ en direct uitzakken naar een gedegen baanhaal waarop hij makkelijk kan pacen. In het laatste kwart van de race bemerkt de loyalist dat hij misschien iets te behoudend van start is gegaan en dat hij nog veel over heeft. Alle resterende kracht wordt in de eindsprint aangewend en hier zit een dusdanige versnelling in dat zelfs Dafne Schippers er jaloers van zou worden. Een eindsprint die door de loyalist wordt ingezet kenmerkt zich doordat het tempo naar 40+ wordt meegenomen en er maximaal driekwart bank wordt opgereden. Hij zal zo snel op de slidings heen en weer bewegen dat het niet verwonderlijk is als er zich wat rookontwikkeling vormt. In een overvol veld zal je de loyalist er dan ook makkelijk uit kunnen pikken. Dankzij een zeer sterke eindsprint zal hij vaak nog iets van zijn pr kunnen afsnoepen. De loyalist weet echter ook dat als hij zijn baanhaal net iets harder had gemaakt, er wellicht meer in het vat had gezeten.

5. De flirt
De naam doet het al vermoeden maar de flirt is een echte charmeur. Een mooie tijd neerzetten is dan ook bijzaak, het draait vooral om het publiek entertainen en potentiële dates spotten. De NKIR is zodoende een uitgelezen mogelijkheid voor hem om – in zijn ogen – goed te scoren, immers gedijt de flirt het beste bij veel publiek. Hij houdt dan ook graag vast aan het door hem zelfbedachte principe: meer oogcontact, meer beter. Tijdens de race heeft de flirt dan ook meer oog voor zijn omgeving dan voor het klokje van de ergometer. Die leuke jongen of dat leuke meisje dat vooraan staat aan te moedigen eist al zijn aandacht op. Gelukkig zitten de haren nog wel in model en blijkt de mascara tegen sporten bestand. De flirt zal dan ook nog her en der wat knipoogjes uitdelen, of de haal extra op de biceps pakken. Ook wordt elke fotograaf getrakteerd op de mooiste glimlach als die voorbijkomt met de lens. Het wordt immers weer tijd voor een leuke nieuwe profielfoto op Tinder en dan kan iedereen direct zien hoe sportief de flirt wel niet is. Door alle aandacht voor deze randzaken stevent de flirt helaas niet op een toptijd af. Gelukkig staat er in februari op de vereniging wel weer een 2k-test gepland en het was niettemin een hele mooie ervaring.

6. De broekplasser
Bondsroeier Govert Viergever heeft het ooit al eens heel treffend verwoord: ‘’afstappen is als in je broek plassen tijdens de winter. Eerst is het lekker warm, maar daarna zit je er mee.’’ Uiteraard zijn er ook een aantal roeiers die niet finishen en voortijdig afstappen. Geparkeerd staan, je niet goed voelen, teveel spanning, om uiteenlopende redenen kan er besloten worden om de 2000 meter niet te voltooien. De ervaring leert dat de broekplassers vrij snel na de NKIR alsnog voor zichzelf een test doen. Ze hebben er namelijk wel hard voor getraind en willen niet met dat vervelende gevoel blijven lopen. Een combinatie van frustratie en bewijsdrang zal er regelmatig toe leiden dat ze alsnog zelf een goede test neerzetten.