TeamNL Roeien
"We hebben het fundament voor Nederland als toproeiland gerepareerd"
Frans Cornelis legt zijn functie als voorzitter van de KNRB neer. Na tien jaar in het bestuur – waarvan de afgelopen vier jaar als voorzitter – draagt hij volgende maand op de ALV het stokje over. Hoe kijkt hij terug op deze periode?
“Het is een gek gevoel”, begint Frans. “Ik ga de mensen missen. De laatste tweeënhalve jaar ben ik met veel plezier naar de roeibond gegaan. Het is een goed team met mensen die beetje bij beetje bijna alle gekkigheid eruit hebben kunnen slopen. We hebben stabiliteit gekregen en er zijn heldere taakverdelingen. Het bestuur en de directie trekken goed met elkaar op en vergaderen met plezier. Dat is symbolisch voor hoe het gaat. We zitten op de grens van waar we horen. Inmiddels zijn we aan het bouwen en kijken we vooruit naar de toekomst. Ik ben heel blij met dat resultaat. Langzaamaan kruipen de waarderingscijfers ook omhoog.”
“We zitten op de grens van waar we horen”
In 2013 werd Frans voorzitter van de roeibond. Het was een roerige periode waarin veel belangrijke beslissingen moesten worden genomen. “We hadden een stevige discussie in de loop van 2012. Dit werd gevoed door de tegenvallende resultaten op de Spelen. Over de oorzaak van deze prestaties waren de meningen verdeeld. Daar kwam bij dat NOC*NSF als gevolg van de prestaties overwoog te snijden in het budget. Dat was geen leuke tijd. Iedereen deed zijn best maar had zijn eigen ideeën. Dat werkte tegen elkaar in. We hadden een oog van buiten nodig en in Joop Alberda vonden wij iemand die er objectief naar kon kijken. Joop is er uiteindelijk vijf maanden geweest en heeft best wat dingen doorgevoerd. Ik was een aantal keer gesprekspartner en kon mij vinden in zijn visie. Het was mijn taak om voor sponsoring te zorgen; maar Aegon had het contract met de KNRB al verlengd. Daardoor had ik eigenlijk een soort van vrije rol. Uiteindelijk kon ik het niet loslaten en besloot ik voor het voorzitterschap te gaan.”
Na de komst van Alberda volgden veel veranderingen, terwijl er tegelijkertijd flink bezuinigd moest worden bij de bond: “Ik zie het als het nog net op tijd repareren van het fundament van onze positie als toproeiland. Hoe dat is gelukt? In mijn beleving ten eerste dankzij de vernieuwde filosofie en trainingsaanpak bij topsport, met de terugkeer van een paar hele goede coaches, wat op zijn beurt weer een hoop positieve energie bij de atleten zelf opwekte. Want tenslotte zijn het de atleten zelf die het op het ‘moment suprême’ maar even moeten leveren. En niemand anders. De tweede, minder makkelijk zichtbare factor was de tijdige reorganisatie toen de middelen gekort werden, plus de realisatie van het nieuwe OTC. Dit gaf een sterke focus op hoofdzaken en tegelijk veel betere mogelijkheden om ’thuis’ met z’n allen te trainen. Dat is dus netto goedkoper en geeft bijvoorbeeld meer focus en ‘samen’ gevoel voor iedereen, inclusief de bureau organisatie en zeker ook het bestuur. Zo konden we dit met minder geld toch beter doen.”
“Dit is het niveau waar het Nederlandse roeien hoort te zijn”
De jarenlange inzet van Frans voor het roeien is niet onopgemerkt gebleven. Eind augustus kreeg hij op de WK in Rotterdam een koninklijke onderscheiding voor zijn grote inzet en betrokkenheid bij de roeisport. Hij werd benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. “Ik ben ontzettend trots op die onderscheiding en had het totaal niet verwacht. Ik had wel gedacht dat iemand iets aardigs zou zeggen, ik kwam ineens ook net iets teveel bekenden tegen die anders nooit naar roeiwedstrijden zouden komen. Maar zo’n onderscheiding en het feit dat iedereen dit al die tijd voor mij verborgen wist te houden. Ik kan je garanderen dat je met tranen in je ogen staat. Het is heel erg fijn, voor mij en voor iedereen die er zo hard aan getrokken heeft, dat we het in Rio, en ook bij de jongere roeiers in Rotterdam, nu gewoon goed hebben gedaan. Dat moest nu ook echt. Dit is het niveau waar het Nederlandse roeien hoort te zijn.”
Gedurende zijn periode in het bestuur heeft Frans veel geleerd. “Over het algemeen vind ik dat sportbonden slecht bestuurd worden. Dat is absoluut geen onwil, maar onwetendheid. Je moet gaandeweg leren en geduld hebben. Overigens ben ik van mening dat de roeibond dusdanig complex is dat je al enige ervaring in besturen moet hebben. Ik zie het als een combinatie van risicomanagement, strategie en finance. Je moet bedrijfsmatig goed onderlegd zijn om het geheel te snappen. Daarnaast is het heel belangrijk om de juiste mensen op de juiste plaats te hebben.”
“Je hebt de neiging om alles aan te pakken wat je ziet, maar daarin moet je keuzes maken”
Hoewel Frans pas 59 is, vindt hij dat het tijd is voor een jongere voorzitter. Zijn opvolger is inmiddels al enige tijd bekend en geen onbekende in de roeiwereld. Per november treedt oud-toproeier en voormalig wereldkampioen Rutger Arisz in zijn voetsporen. “We hebben expres gekozen voor een wat langere periode tot aan de overdracht. Op deze manier kan Rutger wat meer wennen en goed ingewerkt worden. Het is namelijk best veel om in een keer op te pakken, zeker als je echt voor het eerst in het diepe gegooid wordt. Of ik nog tips heb voor hem? Zelf heb ik geleerd dat je geduld moet hebben. Je hebt de neiging om alles aan te pakken wat je ziet, maar daarin moet je keuzes maken. Je kunt nooit iedereen tevreden houden. Tot slot moet je niet vergeten om regelmatig lol te maken. Het is het begin van een nieuwe periode en dat moet je koesteren. Maar ik denk dat Rutger mijn tips niet nodig heeft. Ik heb alle vertrouwen in zijn leiderschap.”