Verenigingen
Canal Parade: tolerantie en openheid
Binnen de kortste keren was de boot vol. De 140 beschikbare plaatsen waren in no time verkocht. Monica Visser, directeur van de KNRB, keek zelfs een tijdje licht wanhopig tegen een forse overboeking aan. Redding kwam door het afhaken van een groep deelnemers, waardoor het aantal opvarenden nu precies op de door de organisatie van de Amsterdamse Canal Parade als maximum gestelde 140 staat.
Op 4 augustus 2018 vaart voor de tweede keer in de 22-jarige geschiedenis een roeibondsboot mee in de Canal Parade. Thema van de botenparade is dit jaar Heroes. De roeibond geeft hier een twist aan met We love (s)herows. Een ruime week voor de parade spreek ik op het bondsbureau met Monica Visser (52), sinds 2012 directeur bij de roeibond.
“In 2016 hebben wij met onze deelname aan de Canal Parade heel veel goodwill gecreëerd. Het gaat ons eigenlijk niet alleen om goodwill, maar het is belangrijk dat vanuit de roeigemeenschap mensen zelf aangeven ´wat goed dat we dat doen´. Ik heb ook veel persoonlijke reacties gekregen. Mensen die aangeven dat dit voor hen persoonlijk heel belangrijk is en dat dat ook de reden was om uit de kast te komen. Het leeft heel erg binnen de roeigemeenschap. Toen Jasper (Smink, directeur van TopRow, hp) dan ook belde met de vraag of het niet tijd werd dat we weer eens deelnamen, dacht ik, ja, dat moeten we gewoon doen.”
“Op Valentijnsdag hoorden we dat we mee mochten doen, want wij moesten natuurlijk gewoon een aanvraag indienen. Amsterdam Gay Pride (AGP, de organisator van de Canal Parade, hp) sprak lof uit voor het lef dat de roeigemeenschap toont door weer mee te doen. Ook naar de andere sporten. Dan denk ik, dat doen we gewoon goed. Daar mogen we heel trots op zijn met zijn allen.”
“Er is een nieuw beleidsakkoord, een sportakkoord, getekend voor de komende vier jaar, onder leiding van de nieuwe minister Bruno Bruins (VVD, hp). Die vindt het heel erg belangrijk dat we in de sport inclusief denken. Niet in aparte categorieën. Als het gaat om LHBTI (lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen, transgender- en intersekse personen, hp), daar hebben wij geen aparte roeiverenigingen voor. Je hebt bij voorbeeld Tijgertje Amsterdam voor het basketbal en Netzo voor volleybal, maar in het roeien is het in principe allemaal geïntegreerd. Wij zijn eigenlijk al inclusief. De minister zegt ‘zorg ervoor dat de sport voor iedereen toegankelijk is, dat iedereen daar lol aan kan beleven of je nou oud bent, jong, dik, dun, een beperking of een andere geaardheid hebt’. Dat moet niet allemaal apart gezet worden. Dat moet binnen de sportgemeenschap geïntegreerd zijn. Dat betekent sportinclusief. Wij zijn dat al.”
Je kunt wel zeggen ‘wij zijn sportinclusief’ maar dat betekent niet dat iedereen zich dan ook thuis voelt.
“Dat is de volgende stap. Wij streven naar een veilig sportklimaat. Die veiligheid begint op de roeiverenigingen. Die gaat over heel veel aspecten: van het uitglijden op de vlonder tot en met seksuele intimidatie, oneigenlijke bejegeningen, respect, normen en waarden. Wij trekken het veilig sportklimaat heel erg ver door. Dat wil niet zeggen dat wij gaan betuttelen naar de verenigingen: je mag dat niet doen of je moet zus of je moet zo. Die veiligheid betekent dat je je thuis moet voelen bij de sport die je heel erg graag doet. En thuis voelen bij de sport die je heel graag doet, betekent dat je kunt zijn wie je bent. En dat je plezier in je sport beleeft.”
“Ik ga daar nog verder in. We zijn een organisatie waarin we ook aan toproeien doen. Daar hebben we gedegen programma’s voor, er wordt keihard getraind. En ik ben er echt van overtuigd, dat wij in de roeisport dat veilig sportklimaat niet alleen moeten prediken maar ook doorvoeren. Als het allemaal klopt in je koppie en in je lijf, je toevallig niet-heteroseksueel bent maar wel in een omgeving zit waarin je gewoon volledig geaccepteerd bent, dan denk ik dat je de belangrijkste ingrediënten hebt om topprestaties te leveren. Bij topprestaties gaat het vaak om de kleine dingen. We zijn keihard aan het trainen, wat heel goed is, maar er is ook een andere kant aan de sport en dat is een veilig sportklimaat. Dus is roeien er gewoon voor iedereen. En willen we dat iedereen er lol in kan hebben.”
“Als je naar de landelijke sport kijkt, ook vanuit NOC*NSF, is er best wel aandacht voor. Hoe gaan we om met sport voor iedereen. Maar het komt toch heel moeilijk van de grond of het is onvoldoende zichtbaar. Vermoedelijk omdat heel veel mensen er toch nog een soort ongemak in hebben. Of er ongemakkelijk van worden, omdat het toch ook voor veel mensen die daar iets mee moeten doen onbekend terrein is. En het is geen sexy onderwerp. Diversiteit is over het algemeen niet een onderwerp waar je mee kunt scoren. Daarom belandt het vaak een beetje in een zij-agenda. Ik loop nu 25 jaar mee in de sportsector. Ik heb ook geen zin om daar heel hard voor met mijn vuist op tafel te slaan: kom we gaan dat anders doen. Maar ik vind wel dat er wat meer actiegerichtheid in de sportsector moet komen door gewoon dingen te doen. Goed voorbeeld doet dan hopelijk goed volgen.”
Is dat niet een beetje trekken aan een dood paard?
“Ja, je hebt niet het gevoel dat je daar veel gehoor krijgt. Het heeft geen prioriteit op de landelijke sportagenda en vergeet niet dat NOC*NSF een vereniging is van leden. De leden zijn de sportbonden en die hebben weer verenigingen met leden. Dus waar het uiteindelijk op neer komt, is dat het moet gebeuren op het niveau van een vereniging. Wij als bond vinden een veilig sportklimaat heel belangrijk. We proberen een goed voorbeeld te geven. Hopelijk wordt dat gevolgd. Maar het brengt ook discussie op gang.”
Canal Parade niet alleen maar een leuk feestje: we willen tonen dat we hart hebben voor het roeien
“Wij willen inspireren en stimuleren waarom het belangrijk is dat je op de roeiverenigingen een open cultuur creëert waar iedereen zich thuis kan voelen. Het gaat nog niet eens alleen maar over LHBTI, het gaat ook over heel veel andere onderwerpen. Wat is nou je rol als roeibond? Dat we in ieder geval met elkaar openheid creëren en kwetsbaarheid daarin door gewoon het gesprek met elkaar te voeren. Als je alleen al het gesprek kunt voeren met je roeivereniging, komt er bewustzijn en bewustwording en komt er verandering op de plek waar het nodig is.”
“Dus de bond heeft een voorbeeldfunctie, probeert het gesprek te creëren: we gaan op regiobijeenkomsten in gesprek met de verenigingen. We gaan op verenigingsbezoek. En we doen mee met de Canal Parade. Niet omdat we een leuk feestje willen maar om te laten zien dat we eigenlijk allemaal hart voor de roeisport hebben, dat iedereen daarin welkom is en dat we dat op die manier willen vieren. Dat moet roeiverenigingen toch ook inspireren, lijkt mij.”
“Op de Holland Beker vertelde een oud-Nereïd mij dat er in zijn ploeg een jongen zat die homo was. En toen hebben ze afgesproken om geen dingen meer te zeggen als ‘hé, je bent toch geen mietje’. In plaats daarvan zeggen ze nu ‘hé, je bent toch geen hetero’. Ik vind dat je dit soort verhalen aan elkaar moet vertellen. Dat maakt het volgens mij voor heel veel mensen die met de vraag worstelen om wel of niet uit de kast te komen heel veel zachter. Wat ik lastig vind om te bepalen, is wat de roeibond meer moet doen om dat te vergemakkelijken. Het gesprek is van belang, de sfeer en een open cultuur.”
Op mijn roeiclub hoor ik jeugdroeiertjes in de kleedkamer af en toe ‘hé homo’ tegen elkaar roepen.
“Bij die jongetjes zit waarschijnlijk ook begeleiding bij die een instructeurscursus heeft gedaan of een coachcursus. Wij zijn aan het kijken naar onze opleidingsmappen en we zijn bezig de inhoud daarvan te actualiseren. Dat is niet zo eenvoudig. Daar spelen ook andere onderwerpen zoals grensoverschrijdend gedrag mee. Het gaat om gedrag. Het gaat om tolerantie, normen en waarden, om respect.”
Soms moet je gewoon zeggen: je mag niet door rood rijden en als je dat wel doet, dan spreken we je erop aan.
“We hebben met verenigingen afspraken over een schone en eerlijke sport, maar ook over grensoverschrijdend (ongewenst) gedrag. Ik geloof niet zo in het afdwingen met regels. Ik geloof dat je mensen erop moet aanspreken op het moment dat zoiets voorvalt. Binnen de verenigingen moeten er mensen zijn die dat veilig sportklimaat met alles wat het inhoudt, goed tussen de oren hebben. Dat is het waar je als bond voortdurend in moet investeren. Tenzij er sprake is van ontoelaatbaar en grensoverschrijdend gedrag, maar dan hebben we met de roeiverenigingen een heel systeem met vertrouwenspersonen ingericht, inclusief een tuchtsysteem.”
Terug naar de Canal Parade. Met deelname steekt de roeibond wel zijn nek uit: het is de tweede bond (na de KNVB) die aan de Canal Parade meedoet en de eerste bond die dat voor de tweede keer doet.
“Daar mogen we als roeibond – en dat zijn we met zijn allen – best wel trots op zijn. Dat doen we echt goed. Ik hoop dat we veel publiciteit krijgen. Want hoe meer publiciteit, des te beter kom je als sport in beeld. Dat is goed voor de promotie van de roeisport. Ik hoop dat het gesprek op gang komt bij de roeiverenigingen en daarbuiten bij de sportbonden. Het gaat mij ook helpen in de gesprekken die ik met andere sportbonden heb. En het geeft naar andere bonden de knipoog om het stokje over te nemen en de volgende keer mee te doen. Waarom is het nou zo moeilijk om daar met elkaar een beweging in te maken? Het is voor mij niet klaar na 4 augustus. Ik wil dit jaar benutten om andere sportbonden bewust te maken en een draai te laten maken.”
Zit er voor jou ook een persoonlijke component aan?
“Het moet niet zo zijn dat ze zeggen ‘het is het feestje van de directeur’. Maar ik heb een roze hart. En vanuit die component weet ik hoe belangrijk het is hier aandacht aan te besteden. Ik denk dat het wel uitmaakt of je een roze hart hebt of niet. Ik ben nu 52, ik werk 25 jaar in de sport. Dat doe ik met liefde en zaligheid en ik merk al jaren dat dit een onderwerp is waar aandacht voor moet komen. Die aandacht zit ‘m voor mij in het veilig sportklimaat. Dan is het toeval dat ik ook gay ben. Ik ga mij er hard voor maken dat daar aandacht voor komt. En dat doe ik niet met de vuist op tafel. Dat doe ik op een manier die bij mijn persoonlijkheid past. Maar voor mij persoonlijk is het ook wel een statement om het voor een jongere generatie makkelijker te maken.”
“Vanuit de gedachte dat je een veilig sportklimaat wilt creëren en dat daar een paar dingen bij horen, een open cultuur, het gesprek aangaan, moeten we zelf het voorbeeld geven. Ook hoe je hier binnen het Olympisch trainingscentrum een open en veilige cultuur creëert. En daarbuiten. Dan is het niet zo dat dat niet meer gebeurt als ik niet meer als directeur verbonden zou zijn aan de roeibond. Dan blijft de bond nog steeds uitvoering geven aan het beleid vanuit een veilig sportklimaat. Dan zitten alle facetten daarin. We zijn bezig met verbinden. Ik ben ervan overtuigd dat dit beleid ook na mij doorgaat. Maar ik ben nog lang niet weg, hoor!”
“Het thema van de Canal Parade is ‘Heroes’. Helden op het water. We willen echt een in-de-prijzen-vallende boot hebben. We gaan met mooie harten de liefde voor de roeisport omlijsten. We hebben shirtjes laten maken met He-Row en She-Row. We willen laten zien dat we liefde voor die sport hebben en dat er op die boot een heleboel mooie mensen staan die daar allemaal hetzelfde over denken. Dat is de boodschap. Vooral liefde voor de geïntegreerde sport. De dresscode is blauw, wit en een touch of gold. Restrictie is alleen ‘geen bloot’. Je wilt als roeibond uitstralen waar we voor staan. Het moet niet plat, ordinair, vulgair worden. Zo wil je je sport niet laten zien.”
De bondsboot start zaterdag als elfde boot en zal in de spotlights van Avrotros en de Amsterdamse stadszender AT5 staan. Pride&Sports-voorzitter Mirjam Preusterink is door Avrotros gevraagd om het sportcommentaar voor haar rekening te nemen. De Canal Parade start zaterdag om 12:30 uur bij het Oosterdok en gaat dan via de Nieuwe Herengracht en de Amstel de Prinsengracht op. De tocht eindigt rond vijf uur bij het Westerdok. In totaal varen er 80 boten mee.
Tekst: Hans Perrée