Verenigingen

Fris en fit de winter door met Matthijs Vellenga

Het is eindelijk echt winter! Op de Bosbaan ligt een laagje ijs. En wat doe je dan als roeier? De ergometer? Matthijs Vellenga, roeier in hart en nieren en Nederlands kampioen indoorroeien 2001, geeft je tips om fit de winter door te komen. Opdrukken met de kinderen, staat niet in het schema, maar is zeker een goede oefening.

Als ex-toproeier heb ik het makkelijk… de endorfine-rush ken ik maar al te goed en dat spoort me aan nog regelmatig de sportkleren aan te trekken. Niet meer om te ‘trainen’, maar om te ‘sporten’ houd ik mezelf voor. De waarheid is dat er wel degelijk een plan en verslaving achter schuil gaat. Maar daar wil ik het nu niet over hebben, ik wil wat tips geven voor de ergometerende amateur.

Allereerst discipline (dit is essentieel)
Je moet nooit toegeven aan je innerlijke Sweinhund én altijd de training doen die je je hebt voorgenomen of meer. Ook of juist als je moe bent of de avond ervoor hebt gedronken. Na een paar van deze overwinningen op jezelf merk je dat je hier meer en meer motivatie uit zal halen en het daardoor alleen maar leuker wordt!

“Geef nooit toe aan je innerlijke Sweinhund”

Dan de regelmaat (ook essentieel)
Vijf keer trainen in twee weken. Dit is een mooi aantal om echt fit te worden en in het dagelijks leven echt te merken dat je energieker bent. Let wel, het komt wel neer op bijna om de dag te sporten. Agenda technisch plan je dit redelijk makkelijk in. Eén keer in het weekend en dan de maandag en woensdag of dinsdag en donderdag.  En in die twee weken is er altijd wel een keer iets anders zodat het echt niet lukt, zodoende vijf!

Dan de training. Wat ga je doen?
Alleen ergometeren is geen goed idee. Het is een betrekkelijk trage beweging die veel kracht kost, waardoor je snel niet meer scores trapt die eigenlijk onder het kopje trainen horen. Dus zeker als je begint; trainingen combineren. Eerst even ergometeren. 2 keer 10 minuten, of 2 keer 15’/20’. En dan nog even rennen, zo’n 20 tot 30 minuten. Net wat je aan kan.

“Probeer op de ergometer altijd hard en goed te roeien!”

Probeer op de ergometer regelmatig te roeien en kies een tempo (in plaats van dat het ergens op uitkomt). Ik zou het eerste stuk rond tempo 20/22 aanhouden en je tweede blok wat meer te wisselen, waar je naast stayeren een ander ritme roeit, van 26/28 of zelfs 30/32. Als je dan na bijvoorbeeld 3 minuten terugzakt van tempo 28 naar tempo 20, dan moet je niet langzamer dan 10 seconden per 500 ten opzichte van je normale stayer tijd gaan zitten. Houd nu je score vast, daar wordt je beter van!

En probeer wanneer je op de ergometer zit altijd hard en goed te roeien. Na 2 tot 4 minuten rust kan je hetgeen je hiervoor hebt gedaan altijd nog een keer herhalen! Echt maximaal ga je namelijk niet zo snel. En experimenteer in trainingen of je kan bijvoorbeeld elke drie weken naar een afstand toe te werken. Zeg twee keer een kilometer of 1500 meter hard!

En als je dit strak een week of zes volhoudt, dan merk je echt het verschil, en kost het daarna geen moeite meer want je wilt het fitte gevoel niet meer kwijt!

 

Ontdek meer roeinieuws

Nieuws

Dit waren de heats en herkansingen van het EK

Nieuws

KNRB onderzoekt effectiviteit en herkenbaarheid van sponsoren

Nieuws

EK 2024: negen Nederlandse boten aan de start

Op de hoogte blijven van nieuws, roeiverhalen en topsport?
Ontvang de gratis nieuwsbrief!